De context
is leidend, de cijfers onder-steunend

Omgevingsgericht ontwerpen. Een term die de laatste jaren steeds meer aan populariteit wint in de openbare verlichting. Maar wat houdt omgevingsgericht ontwerpen precies in? Waar moet je rekening mee houden tijdens het ontwerpproces? Lichtontwerper Ronald Gijzel van Nobralux geeft zijn visie.

Tekst: Ronald Gijzel


Je niet laten leiden door de cijfers, maar door de omgeving. Als stedenbouwkundige weet Gijzel niet beter. “In de stedenbouw is het meer dan logisch om de bestaande omgeving en de gebruikers als uitgangspunt te nemen.” Zo’n 7 jaar geleden maakte hij kennis met de wereld van de openbare verlichting.

Een wereld waarin richtlijnen het kompas vormen voor menig technisch lichtontwerper. Van omgevingsgericht ontwerpen hadden en hebben velen nog geen kaas gegeten. “Dat verbaasde mij. Natuurlijk, de richtlijnen voor de openbare verlichting bieden handvatten. Maar het puur volgen van richtlijnen betekent niet automatisch een goede openbare verlichting.”

“Nog te vaak voeren verlichtingsklassen, lichtniveaus en gelijkmatigheid de boventoon bij opdrachten.”

Richtlijnen

Gijzel noemt het simpele voorbeeld van een fietspad direct naast een sloot. “Iemand die alleen naar richtlijnen kijkt, zal een goede gelijkmatigheid van het licht en een goed lichtniveau op het fietspad willen creëren. Zijn context is op dat moment niet breder dan het rekenraster dat hij op het fietspad legt. Heeft hij eenmaal een mooie gelijkmatigheid van het licht en een goed lichtniveau op het fietspad weten te creëren, dan is hij tevreden. Ook al betekent dat, dat op de sloot naast het fietspad juist te veel of te weinig licht is gecreëerd. Vaak neemt de lichtontwerper dat op de koop toe, terwijl het juist belangrijk is om ook hier een weloverwogen keuze te maken, kijkend naar de context.Zo kan het voor het dierenwelzijn belangrijk zijn dat de natuurlijke omstandigheden zo min mogelijk verstoord worden. Weinig licht is dan het devies. Maar als het hier om een bochtig fietspad gaat, waarbij de sloot een gevaar vormt voor de fietser kan het wellicht beter zijn de slootrand goed te verlichten. In dat geval geeft veiligheid de doorslag.”

Ronald Gijzel

Uitgangspunten omdraaien
Klinkt als een logisch verhaal, aldus Gijzel. Toch hebben veel technische lichtontwerpers die bredere context volgens hem nog niet op hun netvlies staan. Iets waar opdrachtgevers ook meer op mogen sturen, meent hij. “Nog te vaak voeren verlichtingsklassen, lichtniveaus en gelijkmatigheid de boventoon bij opdrachten. Terwijl de crux hem zit in het omdraaien van de uitgangspunten. Niet de armaturen, masten, hoogtes en uithouders moeten centraal staan in het ontwerp, maar juist de mens, het gebruik, het landschap, de natuur en de beleving.”

Licht in relatie tot
In Gijzels ogen draait het daarbij altijd om ‘licht in relatie tot’. Diverse thema’s zijn daarbij te onderscheiden: veiligheid, leefbaarheid & gezondheid, flora & fauna, architectuur & stedenbouw en connectiviteit & media.

Dat maakt het creëren van een goed onderbouwd lichtontwerp vaak een complexe puzzel. “Het is elke keer weer een uitdaging. Hoe leg je de juiste puzzelstukjes op zijn plaats? Hoe vang je met licht de optimale beleving passend bij de omgeving?”

Westerbork
Inmiddels heeft Gijzel die complexe puzzel al een aardig wat keren tot een goed eindresultaat weten te brengen. Een mooi voorbeeld is het onlangs uitgevoerde lichtontwerp voor het Drentse dorp Westerbork, dat Gijzel maakte in opdracht van gemeente Midden-Drenthe. Een geliefd fietsersdorp waar het vooral in de zomer goed toeven is door de vele gezellige cafeetjes en restaurantjes die het dorp telt. Die gemoedelijke sfeer wilde Gijzel terug laten komen in de openbare verlichting. Hij koos dan ook voor een subtiele lichtkleur, sprekend, maar niet te schreeuwerig.


Bomenlaan
Daarnaast liet Gijzel zich voor dit ontwerp inspireren door het Drentse landschap. “Al op de weg richting Westerbork rijd je door een prachtig bomenlaan die helemaal doorloopt tot aan en zelfs voorbij het centrum van het dorp. Het zonlicht dat hier overdag door de bomen valt, creëert spannende schaduwpatronen op het wegdek. Dat beeld wilde ik in omgekeerde vorm laten terugkeren in mijn ontwerp. Een mooie manier om de relatie met het omliggende landschap te versterken en de identiteit van Westerbork als groene gemeente te benadrukken. Door de bomen vervolgens te verlichten op de zichtlijnen en aanrijroutes heb ik ook leesbaarheid van de omgeving zoveel mogelijk proberen te vergroten.”

“De echte uitdaging zit bij de technisch lichtontwerpers zelf. Zij zullen een lichtontwerp op een hele andere manier moeten gaan benaderen.”

Algemeen gedachtegoed
Er klinkt een bevlogenheid en enthousiasme door in zijn stem als Gijzel praat over zijn vak. Hij is dan ook meer dan verheugd dat OVLNL het omgevingsgericht ontwerpen heeft aangekaart binnen de OVL-wereld, waardoor het steeds meer als algemeen gedachtegoed zal worden verspreid. “Het is een goede eerste stap. Maar de echte uitdaging zit bij de technisch lichtontwerpers zelf. Zij zullen een lichtontwerp op een hele andere manier moeten gaan benaderen.” Volgens Gijzel betekent dat overigens niet dat ze de richtlijnen geheel uit het oog moeten verliezen. “Zie het meer als een final check. Grote afwijkingen zul je altijd moeten blijven onderbouwen, maar de cijfers achter de komma zijn mijns inziens niet van doorslaggevend belang.”

De echte uitdaging zit bij de technisch lichtontwerpers zelf.