Verduurzaming en circulariteit in de bomenketen
Bomen duurzaam kweken en circulair aanplanten. Daarover spraken ondernemers en gemeenten begin maart op een bijeenkomst georganiseerd door Groenkeur en BouwCirculair Groenketen bij Boomkwekerij Udenhout. Verduurzaming binnen de keten is alleen mogelijk als ketenpartners elkaar waarderen en gemeenten voor- uitdenken en vooral realistisch blijven en weten wat ze uitvragen. Dat vinden een kweker, een boomadviseur en een gemeentelijke groenconsulent.
Corné Leenders en Martin Houben, Boomkwekerij Udenhout:
’We presteren boven de normen, waardeer dat ook’
Corne Leenders en Martin Houben
Aan de randen van de percelen van Boom kwekerij Udenhout bloeien in de zomer bloemenmengsels waar bijen en insecten voedsel vinden. En totdat een ophokplicht van kracht werd door de vogelgriep, pikten tussen de bomen scharrelende kippen onkruid weg. “Groen voert op de kwekerij de boventoon”, zegt Corné Leenders, hoofd verkoop. “En dat is een heel verschil met vroeger toen het tussen de bomen zwart zag, omdat het onkruid op en tussen de rij met bestrijdingsmiddelen werd vernietigd.”
Duurzaamheid is niet alleen in de teelt leidend, ook in het sortiment dat de kwekerij biedt. Leenders: "Onze iepen staan op eigen wortel en we leveren meeldauwvrije eiken en druipvrije lindes zonder luis. Ook zijn we voortdurend op zoek naar ’bomen van de toekomst’. Quercus cerris ’Marvellous’, een variant van de Turkse eik die goed tegen droogte kan en minder gevoelig is voor ziektes, is daarvan een voorbeeld.”
Alle inspanningen tonen dat de kwekerij voortdurend aan het vergroenen is. Het is jammer dat Groenkeur geen gradaties toekent aan kwekers die extra hun best doen, vindt Houben. "Gemeenten die nu nog niet voldoende biologisch plantmateriaal kunnen inkopen hebben dan een richtlijn naar welke kwekers ze kunnen uitwijken. Bovendien kan een gradatietoekenning voor kwekers een stimulans zijn om extra duurzaam, en op termijn biologisch te gaan werken."
Boomkwekerij Udenhout is de biologische boomteelt inmiddels aan het verkennen. Op een perceel van ruim 1 ha worden onder andere eiken, lindes en esdoorns met SKALcertificaat gekweekt.
"We willen ervaring opdoen. Doel is om op termijn volledig om te schakelen. Al zijn er nog wel wat uitdagingen om te overwinnen, willen we volledig aan de voorwaarden van SKAL kunnen voldoen."
Marc Lansink, idverde Bomendienst:
’Circulair bomen planten vereist vooruitdenken’
Marc Lansink
“Ik ben een groot voorstander om bomen die weg moeten, elders opnieuw aan te planten. Maar het liefst plant ik bomen op de plek waar ze volwassen kunnen worden”, zegt Marc Lansink, vestigingsmanager idverde Bomendienst. Zijn uitspraak laat de tweestrijd zien die het circulair aanplanten van bomen bij hem teweegbrengt. Natuurlijk, het circulair gebruiken van materialen en dus ook het circulair aanplanten van bomen past binnen de duurzaamheidsgedachte, realiseert hij zich.
Een boom zomaar omhakken is zonde en naar het publiek niet meer te verantwoorden. "Bomen leveren baten. Met iTree kunnen we die baten ook inzichtelijk maken. Een voorbeeld: in 2012 hebben we een witte paardenkastanje in Horst aan de Maas verplant. Tien jaar later rekenden we met iTree wat die boom oplevert qua koelend vermogen, CO2vastlegging, etcetera. Die baten zijn enorm en nemen met de jaren alleen maar toe."
In Nederland worden best wel wat bomen verplant, is de ervaring van Lansink. Maar of daar vooraf altijd goed over is nagedacht? Hij vraagt het zich af. "Als ik denk aan circulair aanplanten dan stel ik me voor dat je op een locatie in een groot project een soort van kraamkamer inricht met verschillende bomen van verschillende leeftijd. Op die plek snoei je de bomen wat vaker om ze transportabel te houden, en zorg je ondergronds dat het wortelgestel compact blijft om herplant te laten slagen. Naarmate het plan zich ontwikkelt geef je deze bomen dan elders in het project hun definitieve bestemming. Dat zou mijn ideale invulling van circulair aanplanten zijn.”
Helaas is dat vooruitdenken niet de standaardpraktijk. Verplanten is nu veelal nog een noodgreep als oplossing voor het snel wisse lende ruimtegebruik in onze maatschappij.
Lansink houdt zijn hart vast nu veel gemeen ten de aanplant van bomen propageren. "Dat is heel nobel. Maar moet ook toekomstbestendig gebeuren. Wat als over tien jaar al die bomen verplant of erger nog, tegen de vlakte moeten, omdat er toch een extra bedrijventerrein nodig is? Circulair aanplanten moet een bewuste keuze zijn waarbij vooruit is gedacht."
Simon de Jong, gemeentelijk groenconsulent en bomenadviseur:
’Circulair aanplanten is een mooi streven, maar blijf realistisch’
Simon de Jong
Duurzaam aanplanten begint met een boom met een keurmerk, vindt gemeentelijk boomconsulent Simon de Jong. En welk keurmerk een leverancier dan moet hebben: Groenkeur, een MPSnorm of SKAL? Dat verschilt per gemeente. De ene gemeente hecht waarde aan Groenkeur, de ander aan SKAL. Persoonlijk maakt het hem niet zoveel uit.
“Een keurmerk is vooral een bewijs dat de kweker zijn best doet en werkt volgens een bepaalde standaard. Al wil ik meteen ook gezegd hebben dat het niet zo is dat kwekers zonder keurmerk niet hun best doen. Misschien is het idee van Martin Houben om in Groenkeur gradaties in te voeren nog niet zo gek. Bij de CO2-prestatieladder is dat ook. Gradaties kunnen voor kwekers wellicht een stimulans zijn om stap voor stap de duurzame weg op te gaan.”
Het idee van circulariteit bij de aanplant van bomen wordt meer en meer opgenomen in het beleid van gemeenten, is de ervaring van De Jong. "Maar in de praktijk kan dat soms toch heel anders uitpakken." En dat heeft meerdere redenen. Afspraken en beschrijvingen over de aanplant van bomen voor lang durende projecten kunnen op het moment dat plantplaatsen ingericht worden, achterhaald zijn. Ook de bescherming van plantplaatsen en van aangeplante bomen vergt streng toezicht die vaak ontbreekt.
"Niet iedereen is zich ervan bewust dat bomen levende wezens zijn. Een bestrating die tijdens werkzaamheden beschadigd raakt, wordt gerepareerd. Maar schade aan groen heeft langjarige gevolgen of is zelfs catastrofaal." Een andere optie die tijdens de bijeenkomst werd geopperd is om de stad als kwekerij te zien en die boom als er geen ruim te meer is te verplanten naar een ruimere plaats, bijvoorbeeld in een park.
Het is goed dat gemeenten circulariteit nastreven, maar het moet wel realistisch blijven, vindt De Jong. "Als je in een smal straatje bomen van de derde soort plant, dan worden die geen honderd jaar. Om de zoveel jaar legt een kabelboer zo’n straat weer open, dat zijn aan slagen op de beplanting. Net als de verharding heeft ook een boom in zo’n straat een levens duur van 20 tot 30 jaar."