‘Het gaat niet om de wet, maar om de doelen van de wet’
Interview met Co Verdaas, Dijkgraaf Waterschap Rivierenland en hoogleraar gebiedsontwikkeling bij SKG TU Delft
Tekst: Reinoud Schaatsbergen
In 2018 vond de expertmeeting Wij Willen Wijzer Worden in Culemborg plaats. Het doel: voorbeelden uit de praktijk matchen aan het beoogde effect van de Omgevingswet. Toch vraagt de Omgevingswet ook om een gedragsverandering; men moet losgetrokken worden uit de routines van het hier en nu. Co Verdaas benadrukte dat in zijn keynote tijdens de expertmeeting.
“We wonen in een goed georganiseerd land met veel wetten en regels, maar daarin raken we ook iets kwijt”, aldus Verdaas. “Namelijk het vermogen om oog te hebben voor de verschillende belangen van onze gemeenschap, om náást inwoners te gaan staan. De overheid weet zelden antwoord op de vraag: hoe brengen we dat idee verder?”
‘We zijn heel goed in begrenzen, wat ook zijn waarde heeft, maar de prijs die we daarvoor betalen is dat het gesprek onder de eikenboom verdwenen is’
Van kunnen naar willen Volgens Verdaas moet er een wijziging in denken plaatsvinden voordat de Omgevingswet überhaupt effect kan krijgen. Zo wordt in plannen vaak getoetst wat wel of niet kan, in plaats van te kijken naar de vraag achter de vraag: wat willen de bewoners? “We moeten loskomen van de instrumenten en de wet zelf, zodat we open staan voor zaken die anders moeten”, aldus Verdaas. “Het gaat om de onderliggende waarde die je terug wil trekken met de Omgevingswet. De wet geeft de lokale democratie een impuls. Het nodigt mensen uit om samen verantwoordelijkheid te nemen voor de verschillende belangen van de gemeenschap.”
Daarmee stelt Verdaas de relatie tussen burgers onderling, alsook tussen burgers en de overheid, centraal. “In die zin komt er een rol bij”, vervolgt hij. “We zijn heel goed in begrenzen, wat ook zijn waarde heeft, maar de prijs die we daarvoor betalen is dat het gesprek onder de eikenboom verdwenen is. Daar spraken we met de inwoner over wat hij wil, nog voordat we zoveel wetten hadden. Dat gesprek is er niet meer. Als overheid zou je daar je stinkende best voor moeten doen om dat weer mogelijk te maken. Niet vertellen wat er niet mogelijk is, maar naast ze gaan staan.”
Complex, maar noodzakelijk Verdaas staat dubbel en dwars achter het nut van de Omgevingswet. Toch merkt hij op dat bovengenoemd effect aan het wegkwijnen is. “Het is een bijzondere tijd voor iedereen”, aldus Verdaas.
“De gemeente moet toch de grootste bult werk verzetten. Zij staan zwaar onder druk, ook op sociaal domein. Dat is heel begrijpelijk, maar ik zie nu met lede ogen aan dat de implementatie van de Omgevingswet niet optimaal benut wordt. Ik zie bij veel gemeenten dat het een instrumentele operatie wordt: we doen wat we moeten doen, in plaats van de wet te zien als kans om het echt anders te doen.”
“Het is natuurlijk een complexe opgave met hobbels die je bij elk groot stelsel ziet”, vervolgt hij. “Maar dit schip is van de kant aan het varen. Er is geen weg meer terug. We leven in een bonte samenleving met uiteenlopende belangen. Mensen accepteren het niet meer dat er keuzes worden gemaakt die niet navolgbaar zijn. Alleen door ze in samenspraak in een plan of visie te brengen, kun je met elkaar tot gedragen keuzes komen. En niet iedereen gaat zijn zin krijgen, dat kan niet. Op elk schaalniveau gaat er wel iemand tegen zijn. Ga daarover in gesprek. Niet over de middelen, maar over het doel.”
Verdaas hoop dat die gedachte blijft leven onder gemeenten. Want: “Het gaat niet om de wet, maar om de doelen van de wet. Ga met de gemeenschap kijken wat mogelijk is, dan creëer je het vertrouwen dat het juiste proces is doorlopen, ook al is niet iedereen het ermee eens. Dat is ook de waarde van democratie: dat mensen snappen waarom ze hun zin niet krijgen. Dat zijn we een beetje kwijt aan het raken.”
‘We doen wat we moeten doen, in plaats van de wet te zien als kans om het echt anders te doen’